Belangrijke termen bij verlichting
Licht is een essentieel onderdeel van ons dagelijks leven en speelt een cruciale rol in tal van toepassingen. Bij werkverlichting is het niet alleen belangrijk om voldoende licht te hebben, maar ook om rekening te houden met de eigenschappen van licht die invloed hebben op efficiëntie, veiligheid en comfort.
De belangrijkste eigenschappen van licht
1. Lichtsterkte (Lumen)
Lichtsterkte, uitgedrukt in lumen (lm), geeft aan hoeveel zichtbaar licht een lichtbron uitstraalt. Hoe hoger het aantal lumen, hoe helderder de lichtbron. Bij werkverlichting is een hoge lichtopbrengst vaak noodzakelijk om details goed te kunnen zien en veilig te werken.
2. Lichtkleur (Kelvin)
De kleurtemperatuur van licht, gemeten in Kelvin (K), bepaalt of het licht warm (laag Kelvin-getal) of koel (hoog Kelvin-getal) aanvoelt. Voor werkverlichting wordt vaak gekozen voor neutraal wit of koel wit (4000K - 6000K), omdat dit de concentratie bevordert en vermoeidheid vermindert.
3. Lichtverdeling en stralingshoek
De manier waarop licht wordt verspreid is van groot belang voor een efficiënte werkplek. Een smalle stralingshoek zorgt voor een gerichte bundel, ideaal voor precieze taken. Een bredere stralingshoek zorgt voor een gelijkmatige verlichting van een groter oppervlak.
4. Lichtintensiteit en contrast
Een juiste balans tussen lichtintensiteit en contrast vermindert schaduwvorming en reflecties. Te fel licht kan verblindend werken, terwijl te zwak licht kan leiden tot vermoeidheid en verminderde productiviteit.
5. Kleurweergave-index (CRI)
De kleurweergave-index (Color Rendering Index - CRI) geeft aan hoe natuurgetrouw kleuren worden weergegeven onder een lichtbron. Een hoge CRI-waarde (>80) is belangrijk bij werkverlichting waar kleuronderscheid essentieel is, zoals in de industrie of medische sector.